Wat & Hoe: Kunststijlen en -stromingen afkomstig uit Latijns-Amerika

Onder het thema 'wereldwijde kunstbewegingen en -stijlen' hebben wij al eerder een blog geschreven over de Europese stijlen. Deze week zijn de bewegingen en stijlen van Latijns-Amerika aan de beurt.

Onder Latijns-Amerika valt Zuid-Amerika en Mexico. Het is een onderdeel van de wereld met een heftig verleden. Eerst waren hier de Maya’s, Azteken en Inca’s de oorspronkelijke bewoners totdat Spanje, Portugal, Nederland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk deze landen koloniseerden. Door deze gebeurtenis is een veel voorkomend thema de zoektocht naar hun eigen identiteit. Lees verder om er achter te komen welke kunstbewegingen en stijlen uit Zuid-Amerika en Mexico komen en wat de kenmerken zijn.

Casta-schilderijen (1521):

Casta-schilderijen, ook bekend als Casta of Castas, zijn een genre van koloniale Mexicaanse schilderijen die raciale en etnische vermenging in de Spaanse koloniale periode afbeelden. Casta-schilderijen werden vrijwel onmiddellijk na de Spaanse campagne tegen het Azteekse rijk gemaakt. De werken weerspiegelen de Spaanse koloniale obsessie met raciale “zuiverheid” en classificatie. Kunstenaars beeldden daarom vaak individuen en families van gemengde afkomst af in verschillende sociale en huiselijke settings.

Kenmerken van Castas zijn visuele voorstellingen van meerdere rassen, symboliek en iconografie.

Miguel_Cabrera_From_Spaniard_and_Black_Mulatto_Woman_1763_Casta_painting_Latin_american_art
Indigenismo (eind 19e eeuw):

De Indigenismo-beweging begon in Latijns-Amerika (met name in Mexico, Ecuador en Peru) als reactie op de liberale opvattingen die de etnische verschillen ontkenden en Latijns-Amerika als Westerse landen beschouwden. De Indigenismo-beweging vierde de inheemse culturen, waarbij de historische betekenissen voornamelijk werden benadrukt. Op deze manier wilde ze er voor zorgen dat hun inheemse culturen werden geïntegreerd in hun nationale identiteit.

Belangrijke kenmerken van deze beweging zijn de representatie van het inheemse leven (dagelijks leven, tradities en moeilijkheden), de Precolumbiaanse motieven (Azteken, Maya’s, Inca’s), realisme en idealisering. 

Jose_Sabogal_Tanagra_Criolla_Indigenismo_latin_american_art_Latijns-Amerika
Muralisme (1920):

Muralisme ontstond in Mexico in het begin van de jaren 20 als een gevolg van Mexicaanse Revolutie (1910-1920). De muralisme-beweging werd gekenmerkt door grootschalige openbare muurschilderingen die de geschiedenis, cultuur en sociale kwesties van Mexico uitbeeldden. Vanwege deze thema’s speelde de schilderingen een cruciale rol in de vorming van de Mexicaanse nationale identiteit en trots.

Destijds was het eigenlijk heel ongebruikelijk om openbare muurschilderingen te hebben, maar de postrevolutionaire Mexicaanse regering streefde ernaar om nationale eenheid en culturele identiteit te bevorderen. Om dit te bereiken, gaven zij opdracht aan kunstenaars om muurschilderingen te maken op openbare gebouwen. Deze steun zorgde ervoor dat het muralisme zich goed kon ontwikkelen en profileren.

Een paar kenmerken van het muralisme zijn sociale, politieke en culturele thema’s, innovatieve technieken op het gebied van perspectief en schaal, en openbare kunst.

Latin-American_art_diego_rivera_Museo_Mural_Muralisme_Muralism
Mexicaans Modernisme (1920):

Net zoals het Muralisme, maakte het Mexicaans Modernisme deel uit van  culture promotie in opdracht van de postrevolutionaire regering. Dankzij deze steun kon ook deze stroming zich goed ontwikkelen en profileren.

Het Mexicaans Modernisme wordt gekenmerkt door een uniek mix van inheemse Mexicaanse tradities, Europese moderne invloeden en sociale/politieke thema’s. Een ander kenmerk van deze kunststijl is de innovatieve techniek. De moderne kunstenaars experimenteerden met nieuwe materialen en technieken, waaronder het gebruik van fresco schilderkunst, synthetische materialen en onconventionele composities.

Universal Constructivism (1920):

Deze kunststijl werd gecreëerd en ontwikkeld door Uruguayaanse kunstenaar Joaquín Torres-García. Hij bestudeerde de basis geometrische structuren en integreerde deze met een betekenisvol verhaal voor de kijkers. Belangrijk was dat het kunstwerk betekenisvol moest zijn voor elke toeschouwer. Een ander karakteristiek is de synthese van rastercomposities, schematische tekens en universele symbolen.

Magisch Realisme (1940) :

Hoewel deze stroming minder aanwezig was in de beeldende kunst, was en is het nog steeds zeer aanwezig in de literaire kunst. Magisch Realisme begon in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied. De term ‘Magisch Realisme’ werd echter voor het eerst gebruikt door een Duitse kunstcriticus in een totaal andere context. Deze criticus wilde met deze term een nieuwe kunstcategorie creëren die afweek van de strikte richtlijnen van het realisme, maar de term had voor andere geen betekenis. Op een gegeven moment schreven Latijns-Amerikanen en de Cariben boeken en stukken die alleen beschreven konden worden als Magisch Realisme en dus een betekenis gaven aan de term.

Een hoofdthema in het Magisch Realisme was de mix van inheemse mythologie, folklore en de realiteit van het Latijns-Amerikaanse leven. Enkele kenmerken van Magisch Realisme zijn de naadloze integratie van realiteit en fantasierijke elementen, de gedetailleerde beschrijvingen en de culturele en/of historische verwijzingen.

Een voorbeeld van een boek met Magisch Realisme is het boek ‘het Huis met de Geesten’ van de Chileense auteur Isabel Allende.

Otra Figuración (1950):

Deze kunstbeweging, letterlijk vertaald als ‘Een Andere Figuratie’, ontstond in Argentinië. De kunstenaars richtten zich op de figuratieve weergave van mensen en objecten in hun werk. Ze wilden namelijk het stedelijke leven in Argentinië laten zien, met een nadruk op het vastleggen van de energie, diversiteit en de tegenstellingen van de moderne stad. Een belangrijk thema in deze beweging was de persoonlijke zoektocht van de kunstenaar naar de ware betekenis van het Argentijns-zijn in een snel bewegende wereld. Enkele kenmerken van deze Latijns-Amerikaanse beweging zijn symboliek, sociale bijeenkomsten, activisme en culturele identiteit.

Neo-Concretism (1959):

Deze kunstbeweging begon in 1959 in Brazilië als reactie op Concrete Kunst (voor het eerst geïntroduceerd door de Nederlandse kunstenaar Theo van Doesburg). Het Neo-Concrete Manifest markeerde het formele begin van de beweging. De schrijver van de manifest, Ferreira Gullarm bekritiseerde het rigide formalisme van Concrete Kunst en riep op tot een meer expressieve en participatieve benadering van abstractie.

Een paar kenmerken van deze Latijns-Amerikaanse beweging zijn de nadruk op de ervaring van de toeschouwer, organische vormen, participatie en de integratie van meerdere zintuigen.

Een voorbeeld van Neo-Concretism is het werk ‘Bichos’ van Lygia Clark. Dit werk bestond uit een reeks scharnierende metalen sculpturen die door toeschouwers gemanipuleerd konden worden.

Nueva Presencia (1977):

Deze culturele en artistieke kunstbeweging, vertaald als ‘Nieuwe Aanwezigheid’, begon in Mexico. Nueva Presencia bouwde voort op de eerdere legendarische Mexicaanse kunstbewegingen, waaronder het muralisme. Deze kunstenaars waren sterk geïnspireerd door de Europese avant-garde en Mexico beleefde destijds een culturele renaissance. Tijdens deze periode debatteerden veel kunstenaars over de nationale identiteit, sociale rechtvaardigheid en de rol van kunst in deze thema’s en de samenleving.

Kenmerken van deze Latijns-Amerikaanse kunstbeweging zijn onder andere sociaal realisme, culturele kritiek, divers media gebruik en samenwerkingen tussen kunstenaars.

Bent u na het lezen van deze blog nieuwsgierig geworden naar onze andere blogs? Of onze collecties? Klik dan op een of meerdere buttons hieronder om de collecties te bekijken of om onze andere blogs te lezen!

Blogs
Collecties